Taal veranderen naar:
Plattdüütsch
Deutsch
English
Taal blijvend veranderen
Harvstdag
in het Nedersaksisch
Uitspraak in het Plat:
/ha͡ɐfstdaç/
zelfstandig naamwoord
Afbreking:
Harvst·dag
Pluralis:
Harvstdaag
m
de Harvstdag
[1]
kaart tonen
geavanceerde woordenschat
actief
×
kaart voor onderbetekenis [1] van „Harvstdag”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Cuxland:
Heinrich Teut:
Hadeler Wörterbuch: der plattdeutsche Wortschatz des Landes Hadeln (Niederelbe).
Wachholtz, 1959, deel 2, pagina 138
Nedersaksisch:
Dag
in
’n
Harvst
Nederlands:
herfstdag
Engels:
autumn
day
fall
day
Duits:
Herbsttag
Voorbeelden:
An
son
köhlen
Harvstdag
maak
ik
geern
maal
en
langen
Spazeergang
.
Etymologie:
Samengesteld woord gevormd door:
Harvst
+
Dag
Rijmwoorden
Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.