Uitspraak in het Plat: /dɛɪ̯ɾɡɔː͡ɐn/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Deer·goorn
Pluralis: Deer­goorns m de Deer­goorn
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Deer + Goorn