zelfstandig naamwoord
Afbreking: Melk·supp
Pluralis: Melk­sup­pen f de Melk­supp
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
Ik heff Smacht! — Eet en Teller Melksupp!

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Melk + Supp