Taal veranderen naar:
Plattdüütsch
Deutsch
English
Taal blijvend veranderen
Pissdook
in het Nedersaksisch
Uitspraak in het Plat:
/pɪsdɔu̯k/
zelfstandig naamwoord
Afbreking:
Piss·dook
Pluralis:
Pissdöker
n
dat Pissdook
Pluralis:
Pissdöker
m
de Pissdook
Märkisch
Pluralis:
Pissdöök
m
de Pissdook
Westfaals
[1]
perifere woordenschat
actief
Nedersaksisch:
Dook
,
dat
de
Kinner
ümbunnen
warrt
,
de
noch
nich
na
Tolett
gaht
Nederlands:
luier
luur
Engels:
diaper
Duits:
Windel
Ossi Mauno, CC-BY-SA-3.0
Etymologie:
Samengesteld woord gevormd door:
pissen
+
Dook
Rijmwoorden
Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.