zelfstandig naamwoord
Afbreking: Vull·melk
Niet gebruikt het pluralis f de Vull­melk
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
Bringst du von’t Inkopen Melk mit? — Wat för welk? — Vullmelk!

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: vull + Melk