Uitspraak in het Plat: /lʏnzstɪkn̩/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Lüns·sti·cken
Pluralis: Lüns­sti­ckens m de Lüns­sti­cken
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Lüns + Sticken