Sticken
in het Nedersaksisch
Identieke woorden ›››
sticken
❔︎
sticken
❔︎
Uitspraak in het Plat:
/ˈstɪkn̩/
zelfstandig naamwoord
Afbreking:
Sti·cken
Pluralis:
Stickens
m
de Sticken
[1]
geavanceerde woordenschat
actief
Nedersaksisch:
lütt
Stock
Engels:
stick
Duits:
Stöckchen
JoachimG, CC BY-SA 3.0
[2]
kaart voordoen
geavanceerde woordenschat
actief
techniek
×
kaart voor onderbetekenis [2] van „Sticken”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
Over de kaarten
Stader Geest:
Marcus Buck: mündlich nawiest op de Stoder Geest
Nedersaksisch:
Stift
ut
Metall
to
’t
Verbinnen
von
Trecker
un
Anhänger
Duits:
Kupplungsbolzen
Voorbeelden:
Steek
den
Sticken
rin
.
Pierre (PARIS), CC BY-SA 2.0
Etymologie:
Woord afleidt van:
Stick
Samensteld woorden:
Bleesticken
Eetsticken
Knüttelsticken
Knüttsticken
stickendüüster
Strieksticken
Swevelsticken
Tweelingswoorden:
Stick
Rijmwoorden
Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.
Nieuwe vertaling voorstellen
zoeken:
Taal veranderen naar:
Plattdüütsch
Deutsch
English
Taal blijvend veranderen