zelfstandig naamwoord
Afbreking: Pott·fisch
Pluralis: Pott­fi­sch m de Pott­fi­sch
[1]
geavanceerde woordenschat
biologische species
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
De Pottfisch kann 20 Meter lang warrn.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Pott + Fisch