Uitspraak in het Plat: /dɔːlɐ/ 🔊︎
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Da·ler
Pluralis: Da­lers m de Da­ler
[1]
geavanceerde woordenschat
figuratief
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Daal + -er