Uitspraak in het Plat: /vantspɛɪ̯ɡəl/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Wand·spe·gel
Pluralis: Wand­spe­gels m de Wand­spe­gel
Pluralis: Wand­spe­gels n dat Wand­spe­gel
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Wand + Spegel