Taal veranderen naar:
Plattdüütsch
Deutsch
English
Taal blijvend veranderen
Wandspegel
in het Nedersaksisch
Uitspraak in het Plat:
/vantspɛɪ̯ɡəl/
zelfstandig naamwoord
Afbreking:
Wand·spe·gel
Pluralis:
Wandspegels
m
de Wandspegel
Pluralis:
Wandspegels
n
dat Wandspegel
[1]
kaart tonen
perifere woordenschat
actief
×
kaart voor onderbetekenis [1] van „Wandspegel”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Cuxland:
Heinrich Teut:
Hadeler Wörterbuch: der plattdeutsche Wortschatz des Landes Hadeln (Niederelbe).
Wachholtz, 1959, deel 4, pagina 556
Nedersaksisch:
Spegel
,
de
an
de
Wand
hangt
Nederlands:
wandspiegel
penantspiegel
Engels:
wall
mirror
Duits:
Wandspiegel
Voorbeelden:
Ik
heff
den
Wandspegel
afhungen
,
üm
Stoff
to
wischen
.
Schloss Aschach, CC BY-SA 3.0
Etymologie:
Samengesteld woord gevormd door:
Wand
+
Spegel
Rijmwoorden
Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.