Uitspraak in het Plat: /sɛltɐbʊdəl/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Sel·ter·bud·del
Pluralis: Sel­ter­bud­deln f de Sel­ter­bud­del
Pluralis: Sel­ter­bud­dels m de Sel­ter­bud­del
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Voorbeelden:
Ik krieg de Selterbuddel nich apen.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Selter + Buddel