Uitspraak in het Plat: /ɛɪ̯kbʊʃ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Eek·busch
Pluralis: Eek­bü­sch m de Eek­bu­sch Westfaals
Pluralis: Eek­bü­scher m de Eek­bu­sch Mecklenburgisch
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Eek + Busch