Afklapper in het Nedersaksisch

Uitspraak in het Plat: /afklapɐ/

zelfstandig naamwoord

Afbreking: Af·klap·per

Pluralis: Afklappers m de Afklapper

[1]

perifere woordenschat

Nedersaksisch:

Dans, bi den een Mann mehr as Froenslüüd mitmaakt un sik en anner Poor söcht, afklappt un denn mit düsse Fro danst

Duits:

Abklatschwalzer

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: afklappen + -er

Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.