Uitspraak in het Plat: /sɛmpzɔˑu̯s/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Semp·sooß
Pluralis: Semp­so­ßen f de Semp­sooß
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
To Fisch eet ik geern Sempsooß.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Semp + Sooß