Uitspraak in het Plat: /viːnaxt͡sɡɔu̯z/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Wieh·nachts·goos
Pluralis: Wieh­nachts­göös f de Wieh­nachts­goos
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Wiehnacht + Goos