Taal veranderen naar:
Plattdüütsch
Deutsch
English
Taal blijvend veranderen
Gasthuus
in het Nedersaksisch
Uitspraak in het Plat:
/ɡasthuːz/
zelfstandig naamwoord
Afbreking:
Gast·huus
Pluralis:
Gasthüüs
n
dat Gasthuus
Noord-Nedersaksisch
,
Pommersch
Pluralis:
Gasthüser
n
dat Gasthuus
Westfaals
,
Noord-Nedersaksisch
,
Oostfaals
,
Märkisch
,
Pommersch
Pluralis:
Gasthusen
n
dat Gasthuus
[1]
kaart tonen
geavanceerde woordenschat
actief
×
kaart voor onderbetekenis [1] van „Gasthuus”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Cuxland:
Heinrich Teut:
Hadeler Wörterbuch: der plattdeutsche Wortschatz des Landes Hadeln (Niederelbe).
Wachholtz, 1959, deel 2, pagina 19
Waldeck:
Karl Bauer:
Waldeckisches Wörterbuch nebst Dialektproben.
1902, Wörterliste, pagina 37
PDF, 25,4 MB
Hamburg:
Otto Furcht:
Wörterbuch der Sprache des Alten Landes bei Stade.
Stalling, Oldenburg 1936, pagina 10
Oost-Mecklenburg:
Carl Friedrich Müller:
Reuter-Lexikon.
Leipzig 1905, Hesse & Becker Verlag, pagina 41
PDF, 5,1 MB
Nedersaksisch:
Kroog
Nederlands:
herberg
uitspanning
afspanning
Engels:
inn
pub
Duits:
Gasthaus
Voorbeelden:
Wi
sünd
för
de
Nacht
in
en
Gasthuus
ünnerkamen
.
WikiVagant, CC BY-SA 4.0
Etymologie:
Samengesteld woord gevormd door:
Gast
+
Huus
Rijmwoorden
Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.