zelfstandig naamwoord
Afbreking: Klu·ten
Pluralis: Klü­ten m de Klu­ten Noord-Nedersaksisch
Pluralis: Klu­tens m de Klu­ten
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Woord afgeleid van: Kluut
Identieke woorden ››› Klüten ❔︎