Uitspraak in het Plat: /pɪkəlstɛɪ̯n/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Pi·ckel·steen
Pluralis: Pi­ckel­steen m de Pi­ckel­steen
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
bloot in de Seggwies dat freert Pickelsteen
Voorbeelden:
Jungedi, is dat koolt! Dat freert Pickelsteen!

Etymologie:

Woord afgeleid van: Steen