Uitspraak in het Plat: /ɾɪçtfɛst/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Richt·fest
Pluralis: Richt­fes­ten n dat Richt­fest
[1]
geavanceerde woordenschat
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: richten + Fest