Uitspraak in het Plat: /ɾɛɪ̯ɡn̩vɔu̯lt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Re·gen·woold
Pluralis: Re­gen­wo­len m de Re­gen­woold
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
Magoni wasst in’n Regenwoold.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Regen + Woold