Uitspraak in het Plat: /laxknuːst/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Lach·knuust
Pluralis: La­ch­knüüst m de La­ch­knuust
[1]
geavanceerde woordenschat
Voorbeelden:
Lachknuust is beter as Brummknuust!

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: lachen + Knuust