Uitspraak in het Plat: /vɛlkɛɪ̯n/
partikel
Afbreking: welk·een
[1]
basiswoordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
wie
Engels:
who
Duits:
wer
Voorbeelden:
Welkeen hett dat daan?

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: welk + een