Uitspraak in het Plat: /tɾɪbɛlɛːɾən/
werkwoord
Afbreking: tri·be·le·ren
[1]
kaart kaart tonen
perifere woordenschat
actief
Nedersaksisch:
quelen
Engels:
tribulate
Duits:
quälen
belästigen
ärgern
Voorbeelden:
De Müggen tribeleert mi jümmer.

Werkwoordvormen:

infinitief:
tri­be­le­ren
voltooid deelwoord:
tri­be­leert
ik
du
he/se/dat
wi
ji
se
tegenwoordig:
ik tri­be­leer
du tri­be­leerst
he/se/dat tri­be­leert
wi tri­be­leert
ji tri­be­leert
se tri­be­leert
verleden:
ik tri­be­leer
du tri­be­leerst
he/se/dat tri­be­leer
wi tri­be­le­ren
ji tri­be­le­ren
se tri­be­le­ren
voltooid:
ik heff tri­be­leert
du hest tri­be­leert
he/se/dat hett tri­be­leert
wi hebbt tri­be­leert
ji hebbt tri­be­leert
se hebbt tri­be­leert
conjunctief:
ik tri­be­leer
du tri­be­leerst
he/se/dat tri­be­leer
wi tri­be­le­ren
ji tri­be­le­ren
se tri­be­le­ren
imperatief:
tri­be­leer!
tri­be­leert!

Etymologie:

Woord afgeleid van: -eer
Rijmwoorden
Plattmakers Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.