Taal veranderen naar:
Plattdüütsch
Deutsch
English
Taal blijvend veranderen
Tuchthuus
in het Nedersaksisch
Uitspraak in het Plat:
/tʊxthuːz/
zelfstandig naamwoord
Afbreking:
Tucht·huus
Pluralis:
Tuchthüüs
n
dat Tuchthuus
Noord-Nedersaksisch
,
Pommersch
Pluralis:
Tuchthüser
n
dat Tuchthuus
Westfaals
,
Noord-Nedersaksisch
,
Oostfaals
,
Märkisch
,
Pommersch
Pluralis:
Tuchthusen
n
dat Tuchthuus
[1]
kaart tonen
geavanceerde woordenschat
actief
×
kaart voor onderbetekenis [1] van „Tuchthuus”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Bielefeld:
Olaf Bordasch:
Wörterverzeichnis zu Heinrich Stoltes Bauernhof und Mundart in Ravensberg.
pagina 78
PDF, 1,8 MB
Zuidwest-Ostfalen:
Albert Hansen:
Holzland-ostfälisches Wörterbuch.
Ummendorf 1964, pagina 197
Altmark:
Johann Friedrich Danneil:
Wörterbuch der altmärkisch-plattdeutschen Mundart.
Schmidt, Salzwedel 1859, pagina 241
PDF, 28,1 MB
Oost-Mecklenburg:
Carl Friedrich Müller:
Reuter-Lexikon.
Leipzig 1905, Hesse & Becker Verlag, pagina 141
PDF, 5,1 MB
Nedersaksisch:
fröher
en
Fängnis
mit
hatteren
Ümgang
Nederlands:
tuchthuis
Engels:
house
of
correction
Duits:
Zuchthaus
Etymologie:
Samengesteld woord gevormd door:
Tucht
+
Huus
Rijmwoorden
Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.