Uitspraak in het Plat: /ɡɔu̯zaɪ̯/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Goos·ei
Pluralis: Goos­ei­er n dat Goos­ei
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
[2]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Goos + Ei