zelfstandig naamwoord
Afbreking: Ach·ter·heck
Pluralis: Ach­ter­he­cken n dat Ach­ter­heck
Pluralis: Ach­ter­he­cks n dat Ach­ter­heck
[1]
perifere woordenschat
Duits:
Antoniemen:
Vörheck
[2]
perifere woordenschat
Antoniemen:
Vörheck

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: achter + Heck