Uitspraak in het Plat: /tɪnɡɛɪ̯tɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Tinn·ge·ter
Pluralis: Tinn­ge­ters m de Tinn­ge­ter
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Tinn + Geter