Uitspraak in het Plat: /anba͡ɐç/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: An·barg
Pluralis: An­barg m de An­barg West-groep, Pommersch
Pluralis: An­bar­gen m de An­barg Noord-Nedersaksisch
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: an + Barg