Uitspraak in het Plat: /hʏmpəl/ 🔊︎
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Hüm·pel
Pluralis: Hüm­pels m de Hüm­pel
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
[2]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
a lot
Duits:
Voorbeelden: