Uitspraak in het Plat: /zaɪ̯lɔːˑʒ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Sei·laasch
Pluralis: Sei­laa­schen f de Sei­laasch
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Seil + -aasch