Uitspraak in het Plat: /lɔːdn̩dɪʃ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: La·den·disch
Pluralis: La­den­di­schen m de La­den­di­sch
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
shop counter Meer tonen
Duits:
Ladentisch Meer tonen

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Laden + Disch