Uitspraak in het Plat: /ɡaststuːˑf/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Gast·stuuv
Pluralis: Gast­stu­ven f de Gast­stuuv
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Gast + Stuuv