Uitspraak in het Plat: /vʊlkn̩ʃɔːp/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Wul·ken·schaap
Pluralis: Wul­ken­schaap n dat Wul­ken­schaap
[1]
geavanceerde woordenschat
figuratief
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
Wi legen op de Wisch un hebbt Wulkenschaap keken.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Wulk + Schaap