Uitspraak in het Plat: /klɪnɡəlbyːdəl/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Klin·gel·bü·del
Pluralis: Klin­gel­bü­dels m de Klin­gel­bü­del
[1]
geavanceerde woordenschat
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: klingeln + Büdel