Uitspraak in het Plat: /lɛɪ̯ɾjʊŋ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Lehr·jung
Pluralis: Lehr­jun­gs m de Lehr­jun­g West-groep, Noord-Nedersaksisch, Märkisch
Pluralis: Lehr­jun­gen m de Lehr­jun­g
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Lehr + Jung