Uitspraak in het Plat: /ɡɾʊntɡɛzɛt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Grund·ge·sett
Pluralis: Grund­ge­set­ten n dat Grund­ge­sett
[1]
geavanceerde woordenschat
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Grund + Gesett