Uitspraak in het Plat: /zʏn̩bʊk/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Sün·nen·buck
Pluralis: Sün­nen­bück m de Sün­nen­buck
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Sünn + Buck