Uitspraak in het Plat: /lɛdɪɡɡɛnɡɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Led·dig·gän·ger
Pluralis: Led­dig­gän­gers m de Led­dig­gän­ger
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Leddiggang + -er