Uitspraak in het Plat: /kiːkkastn̩/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Kiek·kas·ten
Pluralis: Kiek­kas­tens m de Kiek­kas­ten
[1]
geavanceerde woordenschat
Voorbeelden:
Wat löppt in’n Kiekkasten?
[2]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: kieken + Kasten