Uitspraak in het Plat: /nɔːsløːtəl/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Na·slö·tel
Pluralis: Na­slö­tels m de Na­slö­tel
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: na + Slötel