Uitspraak in het Plat: /sløːtəl/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Slö·tel
Pluralis: Slö­tels m de Slö­tel
[1]
geavanceerde woordenschat
Nederlands:
Engels:
key
Duits:
Voorbeelden:
[2]
geavanceerde woordenschat
Nederlands:
Engels:
Voorbeelden:

Etymologie:

Woord afgeleid van: -el