Taal veranderen naar:
Plattdüütsch
Deutsch
English
Taal blijvend veranderen
Wannerleed
in het Nedersaksisch
Uitspraak in het Plat:
/vanɐlɛɪ̯t/
zelfstandig naamwoord
Afbreking:
Wan·ner·leed
Pluralis:
Wannerleder
n
dat Wannerleed
[1]
kaart tonen
geavanceerde woordenschat
actief
muziek
×
kaart voor onderbetekenis [1] van „Wannerleed”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Cuxland:
Heinrich Teut:
Hadeler Wörterbuch: der plattdeutsche Wortschatz des Landes Hadeln (Niederelbe).
Wachholtz, 1959, deel 4, pagina 557
Nedersaksisch:
Leed
,
dat
bi
’t
Wannern
sungen
warrt
Nederlands:
trekkerslied
Engels:
hiking
song
Duits:
Wanderlied
Voorbeelden:
Wi
hebbt
en
Gang
dör
de
Heid
maakt
un
harrn
en
Wannerleed
op
de
Lippen
.
Etymologie:
Samengesteld woord gevormd door:
wannern
+
Leed
Rijmwoorden
Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.