Taal veranderen naar:
Plattdüütsch
Deutsch
English
Taal blijvend veranderen
Passer
in het Nedersaksisch
Uitspraak in het Plat:
/pasɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking:
Pas·ser
Pluralis:
Passers
m
de Passer
[1]
kaart tonen
geavanceerde woordenschat
actief
×
kaart voor onderbetekenis [1] van „Passer”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Cuxland:
Heinrich Teut:
Hadeler Wörterbuch: der plattdeutsche Wortschatz des Landes Hadeln (Niederelbe).
Wachholtz, 1959, deel 3, pagina 303
Nedersaksisch:
Instrument
to
’t
Afmeten
von
Winkels
un
Teken
von
Kringen
Nederlands:
passer
Engels:
compass
Duits:
Zirkel
Voorbeelden:
He
hett
mit
’n
Passer
en
Kring
tekent
.
Radomil, CC-BY-SA-3.0
Etymologie:
Woord afgeleid van:
-er
Samengesteld woorden:
Steekpasser
Rijmwoorden
Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.