Tank in het Nedersaksisch

Uitspraak in het Plat: /tank/

zelfstandig naamwoord

Pluralis: Tanks m de Tank

[1]

geavanceerde woordenschat

Nedersaksisch:

Reedschop för dat Opbewohren von Kraftstoff bi Fohrtüüg

Nederlands:

tank

Engels:

tank

Duits:

Tank

Voorbeelden:

De Tank is meist leddig, wi mööt ins tanken.

afbeelding, dat de onderbetekenis illustreerd

Cschirp, CC BY-SA 3.0

[2]

geavanceerde woordenschat

krijgsmacht

Nedersaksisch:

panzert Fohrtüüg

Nederlands:

tank

Engels:

tank

Duits:

Panzer

Voorbeelden:

1945 kemen de Amerikaners mit jümehr Tanks in uns Dörp rinföhrt.

Identieke woorden ››› Tänk ❔︎

Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.