Uitspraak in het Plat: /pa͡ɐkɡɛlt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Park·geld
Pluralis: Park­gel­ler n dat Park­geld
[1]
geavanceerde woordenschat
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: parken + Geld