Uitspraak in het Plat: /maʃbuː͡ɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Masch·buur
Pluralis: Ma­sch­buurn m de Ma­sch­buur
[1]
geavanceerde woordenschat
Voorbeelden:
He is en fetten Maschbuur.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Masch + Buur