Uitspraak in het Plat: /ɡɔː͡ɐ/

🔊︎

bijvoegelijk naamwoord

gorer goorst

[1]

kaart tonen

geavanceerde woordenschat

actief

koken

kaart voor onderbetekenis [1] van „goor”

bekend

onbekend

bekend in de dialectgroep

onbekend in de dialectgroep

onbepaald

🛈 Over de kaarten

Groningen: Helmer Molema: Wörterbuch der Groningenschen Mundart im neunzehnten Jahrhundert. Diedrich Soltau’s Verlag, Norden 1888, pagina 127 PDF, 21,8 MB

								Zuid-Oost-Friesland:
								Heide Braukmüller: Wörtersammlung zur niederdeutschen Sprache auf den Ziegeleien des Rheiderlandes. Dr. Reinhard, Leer 1998, ISBN 3-927-139-38-6
							

Bielefeld: Olaf Bordasch: Wörterverzeichnis zu Heinrich Stoltes Bauernhof und Mundart in Ravensberg. pagina 24 PDF, 1,8 MB

								Cuxland:
								Heinrich Teut: Hadeler Wörterbuch: der plattdeutsche Wortschatz des Landes Hadeln (Niederelbe). Wachholtz, 1959, deel 2, pagina 8
							

								Sleeswijker jüm-gebied:
								En Mundvull Snack. Runn Plattdüütsch plegen, Uthlande-Verlag, Noordstrand 2006, ISBN 978-3-9810833-0-9, pagina 57
							

Holsteiner jüm-gebied: Hugo Kohbrok: Der Lautstand des žym-Gebiets in Dithmarschen. Otto, Darmstadt 1901, pagina 50 PDF, 2,3 MB

								Stader Geest:
								Marcus Buck: getuigd door mondelinge bronnen op de Stader Geest
							

								Hamburg:
								Otto Furcht: Wörterbuch der Sprache des Alten Landes bei Stade. Stalling, Oldenburg 1936, pagina 11
							

Altmark: Johann Friedrich Danneil: Wörterbuch der altmärkisch-plattdeutschen Mundart. Schmidt, Salzwedel 1859, pagina 62 PDF, 28,1 MB

								Belzig-Teltow:
								Willy Lademann: Wörterbuch der Teltower Volkssprache. Akademie-Verlag, Berlin 1956, pagina 103
							

								Voor-Pommeren:
								Otto Vogel: Pommernspegel. Scharff, Greifswald 1873, pagina 30
							

Noord-Barnim: Jahrbuch des Vereins für niederdeutsche Sprachforschung, jaargang 1908, pagina 15 PDF, 6,9 MB

								Midden-Küstenpommersch:
								Robert Laude: Hinterpommersches Wörterbuch des Persantegebiets. Böhlau, Köln 1995, ISBN 3-412-05995-1, pagina 40
							

Nedersaksisch:

trech kaakt

Nederlands:

gaar

Engels:

done

Duits:

gar

Voorbeelden:

Dat Eten is goor. Ji köönt to Middag kamen.

Samengesteld woorden:

ganz un goor gären goorkeen goornich goornix goren lohgoor rütergoor sogoor

Rijmwoorden

Identieke woorden ››› Göör ❔︎

Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.

goor in het Nedersaksisch

Samengesteld woorden: