Spaaß
in het Nedersaksisch
Uitspraak in het Plat:
/ˈspɔːs/
zelfstandig naamwoord
m
de Spaaß
[1]
geavanceerde woordenschat
actief
Nedersaksisch:
Freid
Nederlands:
plezier
jool
pret
Engels:
fun
Duits:
Spaß
Voorbeelden:
Wat
hebbt
wi
Spaaß
hatt
!
[2]
geavanceerde woordenschat
actief
Nedersaksisch:
enkelten
Akt
von
dat
Juxen
Nederlands:
grap
Engels:
joke
Duits:
Spaß
Voorbeelden:
Dat
weer
man
en
Spaaß
.
Samensteld woorden:
Spaaßmaker
spaaßwies
spaßen
spaßig
Rijmwoorden
Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.
Nieuwe vertaling voorstellen
zoeken:
Taal veranderen naar:
Plattdüütsch
Deutsch
English
Taal blijvend veranderen