Uitspraak in het Plat: /bɔːzkɛː͡ɐl/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Baas·keerl
Pluralis: Baas­keerls m de Baas­keerl
[1]
geavanceerde woordenschat
Voorbeelden:
He weer en Baaskeerl! Mit em kunnst wat anfangen!

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Baas + Keerl