Uitspraak in het Plat: /ɪnfɔː͡ɐt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: In·fohrt
Pluralis: In­fohr­ten f de In­fohrt
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: in + Fohrt